De oorsprong van Seitei Iai

De meest beoefende iaido-stijl is deze gepromoot door de Zen Nihon Kendo Renmei (Heel Japan Kendo Federatie, ZNKR), vroeger bekend als seitei gata (standaard vorm). Deze stijl verandert bijna jaarlijks als gevolg van bijschavingen door een commissie van shihans in Japan. Sommige van de wijzigingen betekenen een verbetering en maken de kata logischer, maar soms speelt politiek getouwtrek tussen de verschillende scholen die in de commissie vertegenwoordigd zijn ook een rol. Om te begrijpen waarom deze mensen in de 20ste eeuw nog nieuwe zwaardtechnieken ontwikkelen, is het nuttig iets meer te weten over de geschiedenis van Iaido.

Iaido is de kunst van het zwaard te trekken en in dezelfde beweging aan te vallen of zich te verdedigen. Op het slagveld van de latere Nara en Heihan perioden waren de samurai gewapend met speren, maar als hun wapen brak of de vijand te dichtbij kwam, moesten ze bliksemsnel hun lange of korte zwaard kunnen trekken. Dit leidde tot de ontwikkeling van technieken die bekend waren als nuki ai, iai, za ai, bakken, saya no uchi, riho, batto en nog vele andere benamingen. Deze technieken maken dan ook deel uit van vele oude bugei scholen.

Als vader van iaido wordt beschouwd: Hayashizaki Junsuke Shigenobu, die leefde rond 1500 in de provincie Oshu. Over zijn leven bestaan vele legenden. Volgens een bepaald verhaal zou hij iai ontdekt hebben in een visioen terwijl hij zich voorbereidde om de moordenaar van zijn vader te bevechten. Hayashizaki was waarschijnlijk niet de eerste uitvinder van iai. Hij doorkruiste wel heel Japan en gaf zijn eigen methodes door aan zeer vele leerlingen, die op hun beurt vele van de latere iaido scholen oprichtten. Hij was ongetwijfeld de grootste verspreider van iaido en de inspiratie en leraar van vele latere iaido meesters. Hijzelf was de stichter van de iaido school van de Tosa clan, die later zou opsplitsen in de huidige Muso Shinden ryu en Muso Jikiden Eishin ryu. Hij inspireerde onrechtstreeks de vorming van de Hoki ryu, Tamiya ryu, Jushin ryu, Hayashizaki ryu, Shin Muso ryu, en nog vele andere.

Muso Shinden ryu

Gedurende de Meiji periode 1868-1912 (deze meiji-restauratie betekende het einde van het feodale tokugawa shogunaat dat begon in 1600) trok een man Nakayama Hakudo genaamd naar de Tosa provincie om iaido te leren bij Hosokawa Yoshimasa en Morimoto Ukumi in de Eishin-ryu. Gebaseerd op deze training ontwikkelde Hakudo in 1934 de Muso Shinden-ryu. Naar het voorbeeld van de meesters van de Eishin-ryu begon Hakudo openlijk les te geven in de eens geheime iaido technieken. Hakudo was trouwens een goede kennis van Morihei Ueshiba en spoorde vele van zijn studenten (waaronder ook latere kendo beroemdheid Nakakura) aan om Aikido te leren.

Het moderne Iaido

De tweede wereldoorlog en het daarop volgende verbod op de krijgskunsten stopten de verspreiding van iaido tot het verbod in 1953 opgeheven werd. Iai werd toen opgenomen in de ZNKR, met dan graden van shodan tot judan, en leraardiploma’s van renshi, kyoshi en hanshi zoals in kendo. Maar met alle verschillende scholen was er geen manier om deze graden toe te kennen. Hoe moest je iemand van Hoki ryu vergelijken met iemand van Muso Jikiden Eishin ryu? Daarbij kwam dat vele kendoleraren hun studenten aanspoorden om ook iaido te leren zodat ze een gevoel kregen voor het gebruik van een echt zwaard, maar de oude iaido scholen vormen een krijgskunst op zichzelf die vele tientallen jaren neemt om te leren. Hoe kon je een simpele inleiding geven in iaido aan een moderne kendoka?

De enige oplossing waarmee iedereen kon akkoord gaan was om een nieuw systeem uit te vinden dat kon dienen als eerste kennismaking, en zou toelaten op een standaard manier examens af te nemen. Het was ondenkbaar om een bepaalde bestaande stijl boven alle anderen te verkiezen en op te leggen aan de beoefenaars van alle andere stijlen. Twaalf iaido shihans werden uitgekozen om een nieuwe reeks technieken uit te vinden, geïnspireerd op de oude scholen. Ze kwamen bijeen in de Budokan in Tokyo en probeerden overeen te komen over de technieken van seitei iai.

Het was niet gemakkelijk voor deze leraren, meesters in hun eeuwenoude tradities, om hun dierbare opinies opzij te zetten en met elkaar samen te werken. In mei 1969 werd de eerste seitei iai kata aan het publiek gepresenteerd tijdens de Kyoto Taikai in de oude Butokuden in Kyoto. De reeks bestond uit zeven kata’s. De eerste twee, Mae en Ushiro, kwamen uit de Omori-ryu. De derde, Ukenagashi, was afgeleid van kata in de Omori-ryu en de Muso Jikiden Eishin-ryu. De vierde kata, Tsuka Ate, leek op tate hiza technieken van de Eishin-ryu. Kesa Giri, was afgeleid van de Hoki-ryu. De Morote Tsuki kata was een steekbeweging die in vele scholen voorkwam.

Later werd beslist om nog drie kata bij te voegen. De nieuwe kata werden voorgesteld in 1981. De achtste kata, Ganmen Ate, was afgeleid van de Muso Shinden-ryu oku iai methodes. Soete Tsuki kwam van een bekende Hoki-ryu techniek, en Shiho Giri, was ook een Hoki-ryu kata.

Tenslotte (tot nu toe) werden nog twee kata toegevoegd in 2001, nr.11 Sougiri, en nr. 12 Nukiuchi. De bewegingen zijn voornamelijk door Kendo zelf geïnspireerd, hoewel gelijkaardige kata voorkomen in de Muso Shinden ryu Okuden.

De seitei gata hebben ongetwijfeld hun nadelen. Het systeem is er echter in geslaagd iaido zodanig te populariseren dat er nu duizenden beoefenaars zijn, en misschien nog belangrijker, Seitei iai heeft de vroeger geïsoleerde klassieke scholen veel dichter bij elkaar gebracht en meer doen samenwerken.

Opmerking: de officiële naam van de seitei gata is nu ZNKR iaido.
Zen Nihon Kendo Renmei Iaido Kata
1. Mae (voor): vanuit seiza, 1 aanvaller vooraan
2. Ushiro (achter): vanuit seiza, 1 aanvaller achteraan
3. Uke nagashi (opvangen en wegvloeien): vanuit seiza, 1 aanvaller van links
4. Tsuka ate (slag met handvat): vanuit tate hiza, 1 aanvaller vooraan en 1 achteraan
5. Kesa giri (voorslag snijden): staand, 1 aanvaller vooraan
6. Morote tsuki (met beide handen steken): staand, 2 aanvallers vooraan en 1 achter
7. Sanpo giri (3 richtingen snijden): staand, 1 aanvaller vooraan, 1 links en 1 rechts
8. Ganmen ate (slag op gezicht): staand, 1 aanvaller vooraan en 1 achteraan
9. Soete tsuki (steek met helpende hand): staand, 1 aanvaller van links
10. Shiho giri (4 richtingen snijden): staand, 4 aanvallers.
11. Sou giri (alles snijden): staand, 5 aanvallers.
12. Nuki Uchi (trekken en slaan): staand, 1 aanvaller.